Steeds vaker stellen werkgevers de vraag hoe zij goede mensen aan hun bedrijf kunnen binden. De werknemersparticipatie is daarvoor een goed instrument en wint aan populariteit.
De redenen hiervoor zijn onder meer:
- Belonen via aandelen is goedkoper.
- Minder salaris betalen, maar betalen via aandelen (minder cash out).
- Werknemers meer betrekken bij het bedrijf.
- Minder verloop en goede mensen behouden.
Structuur bij werknemersparticipatie
De meest gekozen optie is dat werknemers aandelen krijgen (vaak een belang lager dan 5%). Het stemrecht op de aandelen komt niet bij de werknemers te liggen (of bij een kleine groep werknemers). Dit wordt geregeld via een zogenaamde Stichting Administratiekantoor (de STAK). De werknemers krijgen derhalve geen gewone aandelen, maar certificaten van aandelen (aandelen zonder stemrecht). De werknemer heeft dan enkel de economische gerechtigheid op de aandelen.
Welk percentage krijgen de werknemers?
De werknemers krijgen veelal individueel een percentage dat lager ligt dan 5%. In totaal wordt er meestal niet meer dan 20% van de aandelen aan de werknemers gegeven of verkocht.
Fiscale aspecten werknemersparticipatie
Bij het toetreden van de werknemer (uitgifte aandelen of verkopen aandelen) kunnen er fiscale aspecten ontstaan. Dit kan ook gebeuren bij de realisatie, dus de verkoop door de werknemer (of inkoop door het bedrijf zelf).
De werknemer heeft in de praktijk vaak twee opties:
- De werknemer zal de waarde van de aandelen betalen (via een lening van het bedrijf of met eigen geld). Dan zijn er geen fiscale gevolgen.
- De werknemer hoeft niks te betalen of zou te weinig betalen. Dit is dan loon in natura, de loonheffing hierover moet door de werkgever worden betaald (en door de werknemer moeten worden vergoed).
Hoe waarde bedrijf berekenen bij werknemersparticipatie?
Wij begeleiden regelmatig in samenwerking met belastingadviseurs bedrijven bij een werknemersparticipatie. De werkgever wil een door de Belastingdienst goedgekeurde structuur en hiervoor is vooroverleg omtrent de participatie wenselijk. De Belastingdienst berekent de waarde van het bedrijf veelal via de zogenaamde DCF-methode (discounted cash flow methode). Een andere optie is dat wordt aangesloten bij een recente verkooptransactie binnen het bedrijf. Uiteindelijk moet de waarde in het economische verkeer worden vastgesteld.